Ziektebeeld:

Ziektebeeld

Amyloïd

Het menselijk lichaam bestaat uit meer dan 30.000 verschillende eiwitten. Ieder eiwit heeft een bepaalde driedimensionale vorm (ruimtelijke vouwing) om een specifieke functie te kunnen uitoefenen. Als de vorm van een eiwit verandert, kan dat gevaarlijk zijn. Zo kan dat veranderde eiwit aan een kopie van zichzelf gaan plakken. Dat proces van aan zichzelf gaan plakken kan zich blijven herhalen zodat er lange eiwitvezels ontstaan, zogenaamde amyloïdfibrillen.

Deze amyloïdfibrillen kunnen zich op verschillende plaatsen in het lichaam afzetten en die ophopingen noemen we amyloïd. Wanneer je deze ophopingen in een stukje weefsel (een zogeheten biopt) bekijkt onder de gewone microscoop, lijkt het vormeloos materiaal, maar bij sterkere vergroting onder de elektronenmicroscoop (10.000 x) zijn de amyloïdfibrillen goed herkenbaar. Wanneer het biopt gekleurd wordt met speciale kleurstof (Congorood) blijkt het vormeloze materiaal onder de gewone microscoop roodgekleurd te worden. Een kenmerkende bijzonderheid van amyloïd is dat dit rode materiaal groen oplicht wanneer het bekeken wordt met gepolariseerd licht.

Afhankelijk van het eiwit waaruit de amyloïdfibrillen zijn opgebouwd kunnen verschillende typen amyloïd worden onderscheiden.

Amyloïdose

Amyloïdose is de naam van een groep van ziekten die allen gekenmerkt worden door afzetting van amyloïdfibrillen. Bij de systemische vormen van amyloïdose leidt afzetting van amyloïdfibrillen tussen de cellen in de weefsels tot gestoorde werking van organen.


Typen met klinische presentaties

Zoals al vermeld, kunnen verschillende eiwitten zich in weefsels ophopen als amyloïd. Het amyloïd kan plaatselijk blijven (zoals in de alvleesklier, hersenen of in het strottenhoofd) of door het hele lichaam heen verspreiden. In het eerste geval spreken we van lokale amyloïdose en in het tweede geval van systemische amyloïdose. Lokale vormen van amyloïd komen vaak voor (zoals in de hersenen bij de ziekte van Alzheimer en in de alvleesklier bij ouderdomssuikerziekte) en – ondanks het feit dat ze dezelfde naam amyloïd dragen – zijn ze dus verschillend van elkaar en ook van de systemische vormen van amyloïdose.

Daarnaast kan onderscheid gemaakt worden in erfelijke vormen en niet-erfelijke (zogeheten verworven) vormen.

Systemische amyloïdose
Afhankelijk van het eiwit waaruit de amyloïdfibrillen zijn opgebouwd kunnen verschillende typen amyloïdose worden onderscheiden. De vier belangrijkste systemische typen van amyloïd die onderscheiden worden (drie verworven en één erfelijke) zijn respectievelijk AA-, AL- en twee ATTR-typen:

  1. AA-amyloïdose kan ontstaan ten gevolge van langdurige ontsteking, bijvoorbeeld bij langdurige infecties of bij niet (voldoende) behandelde langdurige ontstekingszieken zoals reuma. In het bloed bevindt zich dan een ontstekingseiwit, genaamd serum-amyloïd A (SAA), dat hierbij de bouwsteen (het zogenoemde voorlopereiwit) is waaruit amyloïdfibrillen ontstaan. Deze vorm van amyloïdose manifesteert zich vooral in nierproblemen zoals eiwitverlies in de urine (proteïnurie) en achteruitgang van nierfunctie. Maar soms ook door een vergrote milt en/of lever, een vergrote schildklier, slechtere werking van het hart (cardiomyopathie), problemen van de onwillekeurige zenuwen (autonome neuropathie) of problemen van het maag- darmkanaal.
  2. AL-amyloïdose is een type amyloïdose waarbij de amyloïdfibrillen worden gevormd uit een zogenoemde kappa of lambda vrije lichte keten. Dit zijn stukjes van een afweereiwit. Deze vrije lichte ketens worden geproduceerd door kwaadaardige plasmacellen die zich meestal in het beenmerg bevinden. Bij deze vorm van amyloïdose kan er vrijwel in ieder orgaan en weefsel amyloïdstapeling optreden. Het kan gepaard gaan met slechtere werking van het hart (cardiomyopathie), vergrote organen, eiwitverlies in de urine (proteïnurie) en achteruitgang van nierfunctie, ernstige diarree en gestoorde werking van zenuwen (neuropathie).
  3. Verworven (of wild-type) ATTR-amyloïdose komt voor bij mensen op oudere leeftijd (vooral bij mannen boven de 60 jaar oud). Dit type ATTR-amyloïdose is niet erfelijk en wordt gekenmerkt door langzame achteruitgang van de werking van het hart (cardiomyopathie) en vaak is er ook sprake van een doorgemaakte beklemming van zenuwen in de pols (het carpaletunnelsyndroom) of pijn en krachtsverlies door een vernauwing in de rug (een wervelkanaalstenose).
  4. Erfelijke ATTR-amyloïdose is een type amyloïdose waarbij de amyloïdfibrillen worden gevormd uit het eiwit transthyretine. Transthyretine is een eiwit dat in de lever wordt aangemaakt en normaliter een rol speelt bij het vervoeren van schildklierhormoon en vitamine A door het lichaam. Door een mutatie (foutje) in het gen (blauwdruk) voor dit eiwit kan het eiwit verkeerd gaan vouwen en amyloïdfibrillen vormen. De erfelijke vorm van ATTR-amyloïdose uit zich vooral door gestoorde werking van zenuwen (neuropathie) en achteruitgang van de werking van het hart (cardiomyopathie) maar ook in de ogen, nieren en hersenvliezen kan amyloïdafzetting optreden.

Hieronder volgt een overzicht van de vier meest voorkomende vormen van systemische amyloïdose:

Type amyloïdose Eiwit Onderliggende ziekte/proces Aangedane organen
AA Serum amyloïd A eiwit Langdurige ontsteking Nieren, milt, autonoom zenuwstelsel, maag- darmkanaal, maar soms ook schildklier, lever, hart en bijnieren
AL Immuunglobuline vrije lichte keten lambda of kappa Klonale plasmacelkanker Hart, nieren, lever, milt, zenuwstelsel, maag- darmkanaal, gewrichten, tong, bloedvaten
Verworven/wild type ATTR Transthyretine Ouderdom Hart, carpaletunnelsyndroom, wervelkanaalstenose, peesrupturen, longen
Erfelijke ATTR Transthyretine TTR-gen mutatie Zenuwstelsel, hart, ogen, hersenvliezen

Behalve de erfelijke ATTR-amyloïdose zijn er andere, nog zeldzamere typen van erfelijke systemische amyloïdose. Hieronder volgt een kort overzicht (niet volledig).

Gemuteerd eiwit Aangedane organen
Apolipoproteïne A-I Zenuwstelsel, nieren, hart, milt, lever, stembanden, bijnier, testikels, huid
Apolipoproteïne A-II Nieren, hart
Apolipoproteïne C-II Nieren
Apolipoproteïne C-III Nieren, speekselklieren
Beta-2 microglobuline Maag- darmkanaal, autonoom zenuwstelsel, speeksel- en traanklieren. Ongemuteerd bij dialyse patiënten waardoor CTS en gewrichtsproblemen
Cystatine Perifeer zenuwstelsel, huid
Fibrinogeen A α-keten Nieren
Gelsolin Zenuwstelsel, perifeer en ook de hersenzenuwen, huid, nieren, hart en ogen (hoornvlies)
Lysozyme Nieren, lever, hart, milt, maag- darmstelsel, huid en speekselklieren


Gelokaliseerde amyloïdose
Bij plaatselijke, lokale vormen van amyloïdose is de productie en afzetting beperkt tot één plaats of orgaan in het lichaam. Bekende vormen zijn de ziekte van Alzheimer (amyloïd in de hersenen) en diabetes mellitus type II (amyloïd in de eilandjes van Langerhans in de alvleesklier). Maar in de klinische praktijk hebben we het vooral over gelokaliseerde afzettingen in de larynx, in de oogleden of conjuctivae, in de urinewegen, in de huid of op andere plaatsen die voorkomen bij gelokaliseerde AL-amyloïdose.
Subcutane toediening van geneesmiddelen leidt soms tot plaatselijke aggregatie van het geneesmiddel, wat resulteert in de vorming van amyloïd. Het meest opvallende voorbeeld zien we bij insulineafhankelijke diabetes mellitus. Er ontstaan ​​dan pijnlijke zwellingen op de toedieningsplaatsen, zoals de buik en de bovenbenen. Andere geneesmiddelen zijn enfurvitide (HIV), interleukine-1-receptorantagonist (ontstekingsziekten) en glucagon-achtige peptide 1-analogen (diabetes mellitus type 2 en obesitas).

 

In het kort

Er zijn verschillende typen amyloïdose: bij AA-amyloïdose is er ophoping van een ontstekingseiwit, meestal in de nieren. Bij AL-amyloïdose is er ophoping van (stukjes van) afweereiwit die in overmaat gemaakt worden door kwaadaardige plasmacellen. Dit eiwit kan zich vrijwel overal in het lichaam ophopen. Bij ATTR-amyloïdose is er ophoping van het eiwit transthyretine: bij de erfelijke vorm van ATTR-amyloïdose hoopt het eiwit zich vooral op in het zenuwstelsel en/of hart en soms in de ogen, hersenen en andere organen. Bij de ouderdomsvorm van ATTR-amyloïdose hoopt het eiwit zich vooral op in het hart, maar ook wel in de polsen en bij de wervelkolom. Naast de erfelijke vorm van ATTR-amyloïdose zijn er ook andere nog zeldzamere erfelijke typen amyloïdose. Er bestaan ook lokale vormen van amyloïdose: hierbij blijft de ophoping van eiwit beperkt tot één plaats of orgaan.